India
Eerste indrukken van Delhi
Delhi, wat een stad! Een overvloed aan kleuren, geuren en mooie mensen maar ook een overdaad aan bedelaars, vuil, stank en lawaai. Een grote heksenketel, een mengelmoes van alles. Huisjes die op instorten staan maar ook prachtige tempels. Toeterende, te hard rijdende riksja's maar ook onnozel kijkende koeien die stilstaan op een drukke straat. Zinderende hitte maar ook een gigantische regenbui die grote plassen veroorzaakt omdat het water nergens heen kan. Duizelen van de heerlijke geuren op een groentemarkt maar ook je adem inhouden bij het passeren van een openbaar "toilet". Zo kunnen we nog wel even doorgaan met tegenstellingen en indrukken van onze eerste dag in Crazy Delhi.
List en bedrog bij aankomst
Het eerste hotel in Delhi hadden we in Nederland al uitgezocht. We waren gewaarschuwd voor smoesjes als: het hotel is afgebrand, failiet, of ingestort door een aardbeving zodat ze je vervolgens naar een ander hotel brengen waar ze commissie van krijgen. We komen desondanks met de taxi aan in een obscure wijk waar de weg gevraagd moet worden!? Jeroen moet mee om in een kantoortje de weg te vragen. Er volgt een engels toneelstuk aan de telefoon (met een nep-hoteleigenaar, waarschijnlijk in het kamertje ernaast). Het Engels was opvallend goed en klonk erg opgelezen waardoor Jeroen de truc snel door kreeg en dus weigerde te geloven dat er net een groep van 20 mensen was aangekomen en ons hotel volzat. Buiten hebben we de chauffeur indringend gevraagd om ons nu bij het goede hotel af te zetten en dat we geen zin hadden in dit soort spelletjes. En ineens kon hij zich de weg weer herinneren....
De oorpurker van Dehli
"Mevrouw u bent al 27 jaar en heeft nog nooit uw oren laten schoonmaken? Nou het is te zien! Kijk eens wat ik er allemaal uithaal."
De man in een parkje in Delhi haalt bruine prut uit Claudy's oor en smeert dat op de rug van zijn hand om het met volle verbazing te laten zien. De voorstelling is al even bezig en door ons gelach staat er al aardig wat publiek om ons heen. Eerst werden we overtuigd met geschreven verhaaltjes in een boekje van o.a. Nederlanders over de fantastische resultaten van een grondige oorschoonmaak. Ongevraagd is de oorpurker al bezig om het oor van Claudy te onderzoeken met allerlei rare instrumenten. We bedanken vriendelijk en gaan snel weg. Als Claudy wat voelt kriebelen in het oor ontdekt Jeroen nog een klef balletje zelfgemaakte oorprut...
Rondleiding door een Sikhtempel
Voeten gewassen, hoofd bedekt, sigaretten ingeleverd klaar voor een priverondleiding door een Sikhtempel. De Sikh (herkenbaar aan tulband en baard) vertelt ons in de tempel van alles over dit aparte geloof. Na de gebedsdienst krijgen we de gaarkeuken te zien waar drie keer daags gekookt wordt voor zo'n 3000 man! In de eetzaal kan elke Sikh, rijk of arm, een gratis bordje rijst of dahl krijgen. Claudy heeft in de keuken nog even geholpen met het rollen van dahl en we worden uitgenodigd om wat te eten in de enorme zaal. Op de grond zittend tussen alle andere Sikhs eten we onze eerste echte Indiase maaltijd. (bedankt voor de tip Thijs!)
Ladakh
Als we het vliegtuig uitstappen in Leh merken we meteen hoe ijl de lucht hier is op 3500 meter. De zon is oogverblindend en de kale, hoge bergen om ons heen lijken net een woest maanlandschap. In de groene Indusvallei ligt Leh waar we bij een familie slapen. Ladakh laat je het tibetaanse boedhisme ervaren zonder India te verlaten. Overal vind je prachtige boedhistische kloosters (gompa's) en zie je mensen met gebedsmolentjes "Om mani pedme hung" bidden. Naast de boedhistische monniken vallen ook de traditionele Ladhaki's op met hun klederdracht. Vrouwen met enorme lange vlechten (die soms niet echt zijn), prachtige jurken en hoofddeksels en een yakvel op hun rug. De mannen dragen een traditioneel bruin pak met grappige puntsloffen.
De eerste dag vooral gerust om te wennen aan het hoogte verschil. We kregen last van misselijkheid, hoofdpijn, kortademigheid en Claudy kreeg een bloedneus door het drukverschil. Maar na een paar asperines en rust ging het weer prima.
Na die dag wennen aan het hoogteverschil komen we al terecht op een festival in een dorpje vlakbij Leh. Het festival wordt gegeven ter ere van het oogstseizoen. We krijgen thee aangeboden en kunnen vanachter een laag tafeltje in een grote tent heerlijk iedereen vol verwondering aanstaren (dat kan hier zonder onbeleefd te zijn). De vrouwen dansen of kijken toe vanuit de tent terwijl ze garen spinnen. De mannen zitten aan de andere kant van de tent en gaan na het dansen boogschieten. Jeroen wordt ook nog gevraagd om een paar keer te schieten wat natuurlijk erg grappig voor ze is.
Om meer van de kleine bergdorpjes en de Himalaya te zien zijn we een tocht gaan lopen. De eerste nacht hebben we geslapen in een prachtig, hooggelegen boedhistisch klooster. s'Ochtends wakker worden met prevelende jonge monniken die beginnen aan hun twee uur durende meditatie/yoga oefeningen.
Na uren lopen door een ruig landschap kom je dan weer in een groene valei met een paar boerderijtjes, akkers als terasjes tegen de berg op en een wirwar van kanaaltjes om de akkers te bevloeien. Iedereen lijkt wel bezig op het land om de oogst tijdig binnen te halen. Kinderen, mannen, vrouwen, opa's en oma's halen zingend de oogst binnen. Het is een goed jaar geweest!
De twee families waar we geslapen hebben waren erg gastvrij en we kijken onze ogen uit in de prachtige woonkeuken waar het lijkt dat de tijd honderd jaar stil heeft gestaan.
Na twee dagen lopen kreeg Claudy teveel last van hoogteziekte om nog verder te gaan (in Nepal gaan we pilletjes tegen hoogteziekte proberen). Een spectaculaire busrit bracht ons terug naar Leh.
Bustocht naar Manali
De weg van Leh naar Manali is 485 km lang maar we doen er wel twee dagen over! Maar dan rijd je wel over de een na hoogste weg van de wereld: 5328 meter! De busrit is dan ook erg spectaculair op een weg die voor de helft onverhard is en met na elke bocht weer een ander prachtig uitzicht. De bus moet dan ook aardig zwoegen om de onverbiddelijke bergen te trotseren. Urenlang kom je geen dorpje tegen. Alleen wat militaire kampen, nomaden in tenten en wegwerkers.
De wegwerkers raakten ons nog het meest. Het tafereel lijkt een blik in de hel. Eerst mensen die met hamers de rotsblokken aan kleine stukken slaan (net als de Daltons) en dan een groep pikzwarte mensen (en kinderen!) die aan het asfalteren zijn. Grote vlammen om de tonnen stinkende teer te verhitten en spartaans gereedschap. Alles, inclusief gezichten, is zwart van de teer. De bus dendert ondanks stoptekens gewoon door de teer waarna de wegwerkers opnieuw kunnen beginnen. Deze mensen slapen in tenten naast de weg. Hoelang werken ze hier? Hoe zijn ze hier terecht gekomen? Hoelang kun je zo leven?
's Avonds overnachten we op 5000 meter hoogte in tenten. De tenten zijn rond met een kleine kookplek, langs de kant opelkaar gestapelde stenen met dekens dat dienst doet als bed. Het is er bitter koud, eten wat bij kaarslicht en kruipen met onze kleren aan in de slaapzakken. Enigszins uitgerust beginnen we de volgende ochtend aan onze tweede dag hobbelen en bobbelen door de Himalaya.
Exotisch Radjastan
Radjastan staat bekend om zijn Maharaja-paleizen, Hindu- en Jaintempels, Thar woestijn en indrukwekkende forten. In twee en een halve week tijd hebben we de volgende plaatsen bezocht:
-Jaipur
Onze eerste bestemming in Rajastan. Naast de kleurige sari's, riksja's en heilige koeien bepalen hier apen, kamelen en olifanten het straatbeeld.
-Jaisalmer
Een prachtig middeleeuws stadje dat met zijn fraaie fort boven de zandwoestijn uitsteekt. Het fort, dat net een groot zandkasteel lijkt, zou zo uit het sprookje "1001 Nachten" kunnen komen.
-Udaipur
Een rustige, romantische stad gelegen aan een meer met een paar prachtige paleizen. Niet voor niets uitgekozen als decor voor de James Bond film Octopussy.
-Mount Abu
Een hoog gelegen dorp bekend om zijn Jain-tempels, die druk bezocht worden door pelgrims.
-Pushkar
Dit dorp, gelegen aan een heilig meer, wordt veel bezocht door pelgrims om in de ghats (brede treden naar het water) te baden en de vele tempels te bezoeken.
Rijk zijn in de tijd van de Maharaja's
Er was eens een hoge minister in Jaisalmer die rijk was geworden van de opiumhandel. Opium mocht in die tijd niet verhandeld worden in het grote fort van de Maharaja. Een gat in de markt! Van al dat geld liet hij een groot huis (Havelis) bouwen, net naast het fort.
Omdat water schaars is in de woestijn zijn alle stenen passend gehakt om geen cement te hoeven gebruiken. De Havelis bestaat uit goudgele zandsteen waaruit prachtige versieringen gehakt zijn. De vele zandstenen bloemetjes aan de buitenkant hebben fittingen als in een lamp, zodat ze zonder cement bevestigd konden worden. De twee bovenste verdiepingen waren vroeger van hout en het plan was om een gigantische brug naar het fort te bouwen. De Maharaja liet na de dood van de minister de twee bovenste houten verdiepingen weer afbreken. Want niets mocht boven zijn fort uitsteken!
De piepkleine smalle deuren zorgden ervoor dat de gasten vroeger eerbiedig gebukt binnen kwamen. Ook indringers komen zo gedwongen met gebogen hoofd en een voor een binnen. Zo kan de indringer op een makkelijke manier een kopje kleiner gemaakt worden.
Het huis had een vrouwen- en een mannenhelft. Via een balkon konden ze onafgeluisterd door mensen op straat met gebaren communiceren. De vrouwen mochten in die tijd niet op straat verschijnen. Door kleine luikjes konden ze toch nog wat naar buiten gluren. Door de daken te verbinden met wat huizen in de buurt konden de vrouwen toch nog wat buurten.
De minister bezat een eigen kamer van vertier versierd met spiegeltjes en glazen olielampjes in de muur. Het open balkon er omheen was voor muzikanten. Zij begeleidden de danseressen die binnen voor de minister dansten. De muzikanten mochten niet meegenieten en zaten daarom met de rug naar de danseressen toe. De minister had een verkoelend voetenbadje onder bij zijn zetel. En als hij moe was kon hij gaan liggen en via een spiegel aan het plafond de beeldschone dames bekijken. Wat een leven!
Echte Helden!
Miss India/Universe 1996 versus Mister Macho Ray-Ban. Een liefdesverhaal op het witte doek in Jaipur. Zo uit de grote filmindustrie van Bollywood (het Bombayse Hollywood). Met onze "daimond seats" van drie gulden per stuk wanen we ons 3 1/2 uur in het indiase leven vol hartstocht, passie en verdriet. Hoewel de film in Hindi is, is het magere verhaal goed te volgen.
De stof van de prachtige sari's van de oogverblindende hoofdrolspeelster dansten in de wind. Deze wind waaide in de film niet alleen buiten, maar zelfs in de grote villa van Mister Macho voor een extra dramatisch effect. Mister Macho, voor zien van donkere snor en Elvis-kapsel, wisselt minstens drie keer per uur van zonnebril. De hele film door was deze druk bezig zijn wel zeer emotionele liefje te troosten en te redden uit de armen van de slechterikken. Het verhaal werd extra sappig gemaakt met ontroerende en blije liedjes en dansjes.
Het publiek in de grote zaal reageerde zeer luidruchtig op alles wat er gebeurde. En dit werd ook gewoon hardop onderling met de hele familie besproken.
Natuurlijk komt er na 3 1/2 uur een sappig "happy end", waarbij de twee geliefden in elkaars armen zinken.
Indiase romantiek op en top!
Onderweg naar morgen
Om van de ene plaats naar de andere te gaan moeten we vaak flinke afstanden overbruggen. Een meer dan tien uur durende busreis hebben we dan ook regelmatig moeten maken. Om de hitte van de dag te vermijden en tevens een nachtje "guest house" uit te sparen reizen we vaak 's nachts.
Deze lange afstands bussen noemt men hier "luxury tourist coach" met "push back" stoelen. Maar dan krijg je ook wat!
Een bus met vaak niet werkende "push back" stoelen die gevaarlijk los zitten, weinig beenruimte en rammelende ramen. We boeken altijd een plekje midden in de bus. Dit om misselijkheid te voorkomen, maar vooral om de halsbrekende toeren van de chauffeur over de slechte wegen niet te hoeven zien. De bus vertrekt zelden op tijd en de pauzes dienen niet alleen om te plassen, stijve benen te strekken en te eten, maar ook vaak om een band te verwisselen, de motor af te stellen of de deur te repareren.
De vele vrachtwagens die we spectaculair inhalen hebben het opschrift "Owner is God". De godenafbeeldingen en wierook voor in de bussen beschermt ons tegen ongeluk.
Dus wat kan ons gebeuren!
Op een kameel in de woestijn
Daar zitten we dan! In de zinderende hitte van de Tharwoestijn boven op een kameel. Een pet en een zonnebril zijn nu onmisbaar voor deze twee bleekscheten in de grote zandbak. Na een uur kameelrijden begint de gevreesde zadelpijn al toe te slaan. Af en toe gaan we in galop en daar wordt de pijn zeker niet minder van. Gelukkig vindt de kameel van Claudy het galopperen ook maar niks.
s'Avonds stoppen we midden op een zandduin voor een overnachting onder de sterrenhemel. Terwijl Mussa (de kamelenman) op een houtvuurtje het avondmaal maakt hebben wij een plekje gevonden om van de zonsondergang te genieten.
Ondanks de warmte duiken we s'nachts toch diep onze slaapzakken in om de grote mestkevers van ons lijf te houden. Met die hitte en al dat gekrioel om ons heen slapen we die nacht nauwelijks. Dus alle tijd om van de sterren te genieten. Als we s'ochtends wakker worden zijn we op tijd om de zonsopgang te zien onder het genot van een ontbijtje wat Mussa ons komt brengen.
Onderweg zien we behalve zand en struikjes, vrouwen die met kruiken op het hoofd water halen, geitenhoeders, kamelen en hier en daar een verdwaald huisje. Terug in Jaisalmer: Nog nooit zo genoten van een koud colaatje!
Ontstressen in Udaipur
We hebben in een plaatselijk toeristenfoldertje gelezen dat er een ziekenhuisje is dat werkt met natuurlijke geneesmiddelen. Daar kun je een gratis behandeling krijgen als je ergens last van hebt. Het ziekenhuisje ziet er een beetje vervallen uit met een kruidentuintje ervoor waar mensen aan het werk zijn.
Bij de ingang zit de dokter en die vraagt ons naar onze kwaal. We leggen hem uit dat we in Nederland hard gewerkt hebben en daarom last hebben van stress. Ook de lange busreizen hebben zijn tol geeist! De verzinsels van ons worden erg serieus opgenomen. Er wordt hard gedacht, begrijpend geknikt en opeens liggen er twee recepten voor ons. Een modderbad, hete doeken en een oliemassage, waar een kleine vergoeding voor gevraagd wordt.
Hier scheiden onze wegen. Man en vrouw worden apart behandeld. We krijgen dikke, verkoelende klei op onze buik, armen en gezicht die een half uur moet inwerken. Daarna krijgen we een heerlijke "full body" oliemassage om al onze "spanningen" er uit te knijpen. Als laatste worden we in hete doeken gepakt die rechtstreeks uit een pot kokend water komen.
We krijgen tot slot nog een kopje Chai om bij te komen, een extra medicijn voor Claudy verkrijgbaar op de markt en een vriendelijke hand van de verpleging. Het aanbod om morgen terug te komen voor een vervolgbehandeling moeten we helaas afslaan. Want ontspannen en wel stappen we die avond al in die, oh zo, "luxe" indiaase bus naar Mount Abu.
Jainisme
Naast het Hindoeisme (80% van de bevolking) en Boedhisme is er ook nog een kleine interessante groep Jains. Dit Jainisme bestaat al vanaf de 6e eeuw voor Christus en het geloof is afgeleid van het Hindoeisme. Ze geloven, net als Hindoes, dat ze met een gezuiverde ziel bevrijdt kunnen worden uit de reincarnatiecyclus en hierdoor het Nirvana kunnen bereiken.
De Jains kunnen hun ziel zuiveren door verschillende rituele handelingen:
- Meditatie
- Jaintempels bezoeken
- Geen eieren, vlees en sigaretten
- Sober leven
- Geweldloos leven in gedachte en daden
Er is binnen het Jainisme een sekte die geweldloosheid zo extreem opvat dat ze altijd met een monddoekje en bezem door het leven gaan. Een monddoek om maar geen insecten in te ademen en zo te doden en een bezem om het pad voor hun voeten insektenvrij te maken. Want je zal er maar op stappen!
De Jains staan bekend om hun prachtig gedecoreerde marmeren tempels. De Jaintempels in Mount Abu waren een van de mooiste die we gezien hebben. Het complex bevat vijf tempels waarvan de twee oudsten (600 en 800 jaar oud) er uit sprongen. De decoraties zijn soms zo dun dat het licht door het marmer heen schijnt en zo gedetaileerd dat er net een luciferhoutje tussen past.
De lachende rondborstige godinnen zijn omringd met heilige lotusbloemen, muzikanten en danseressen. Als snel valt ons op dat alle neuzen van de godinnen gerestaureerd zijn. Tijdens een inval van Moslims in de middeleeuwen vernielden zij dit meest heilige lichaamsdeel.
Het marmer van deze tempels komt van 60 km verderop en werd in die tijd door olifanten de berg opgedragen. 1200 Beeldhouwers en 1400 kunstenaars werkten 14 jaar aan een tempel. Ze hadden maar 2 uur pauze per dag, maar deze "workaholics" besteedden 1 uur middag pauze om een eigen tempel te bouwen van het marmeren restafval.
Dat is nog eens hart voor de zaak hebben!
Indiase mannen
Het straatbeeld wordt hier vooral bepaald door de indiase man, waarvan er dan ook veel meer zijn dan vrouwen. De gewoontes van deze man, daar moet je als westerse toerist behoorlijk aan wennen.
De Indiase man heeft een hele lange, kromme pinknagel om zo handig zijn oren schoon te kunnen purken. Deze linkerhand gebruikt men ook in plaats van WC-papier. Zij op hun beurt vinden onze papiermethode erg onhygienisch.
Voor een Indier is de linkerhand onrein, dus word de rechter gebruikt om te eten. Het eten gaat gepaard met slurpen, smakken en boeren. Dit wordt als doodnormaal beschouwd.
De hele dag door rochelen de mannen hun slijm uit hun tenen, om het daarna met een krachtige straal uit te spugen. In een twaalf uur durende reis met de bus/trein kan dit nog wel eens op je zenuwen en je eetlust gaan werken.
De neus wordt gereinigd door flink hard in je hand te snuiten, waarna de groene substantie ergens aan de kleren wordt afgewreven.
De groenvoorziening is in Indiaase stad minimaal. Dus openbaar urineren gebeurd hier niet staand tegen een boom, maar gehurkt boven de goot die door alle straatjes loopt. Samen met het vele afval en de koeienstront een heerlijk straatbeeld. Fijn voor al die Indiers die op blote voeten door het leven gaan.
Als westerse man weet je hoe nodig het soms is om af en toe eens aan je zak te krabben. Dit kan hier zonder gene op straat. Terwijl de indiase man je aanstaart krabt hij er heerlijk op los. Dit staren is hier een geaccepteerde gewoonte waarvan ook wij dankbaar gebruik maken om alle voor ons zo opmerkelijke gewoontes ongegeneerd te kunnen observeren.
Nederland in de Indiase krant
Eindelijk een krant te pakken! En wat lezen we in de "The Times of India"...
Gold Medal Drinkers
Dutch Olympians have nabbed 11 gold medals - led by inge de Bruijn and Pieter van den Hoogenband in the pool - and their fans, sponsors and team officials are proving themselves champion drinkers as well. Heineken house at darling harbour managed to swill 500 kegs of Heineken, 25,000 litres of the Dutch ale. The house was reduced to importing an emergency batch of Heineken from all places, New Zealand, to avoid running dry before the end of the closing ceremony.
Feest in Varanasi!
De stad van de god Shiva aan de oever van de heilige Ganges is een van de heiligste plaatsen in India. Kleine, smerige en drukke steegjes die een groot doolhof vormen langs de grote rivier. Deze stad is doordrenkt met religie. Of het nu de gaths zijn, de Sadu's of de ontelbare tempeltjes alles draait om het geloof. India op en top! De steegjes zijn zo smal dat je elke keer weer je orientatie verliest en na vijf dagen moesten we nog steeds de weg vragen naar ons guest house.
Vanuit heel India bezoeken Hindu's deze stad om te baden in het water van de Ganges, een ritueel dat alle zonden wegspoelt. Bij zons op- en ondergang zijn de gaths druk bevolkt met Hindu's die hun "Puja" doen. Ze offeren dan oranje bloemblaadjes, slingers en drijvende kaarsjes. Ze prevelen voortdurend gebeden en schenken dan langzaam Gangeswater uit hun kruik. Dit alles gebeurt staand in het water en met volle concentratie en overgave. Daarna volgt een grondige wasbeurt en wordt er eventueel nog wat gemediteerd.
Er is een groot religieus feest gaande, het Durga festival. Grote beelden van de god Durga, gemaakt door een bepaalde straat of vereniging, worden door grote groepen mannen de trappen van het gath afgedragen. Met veel tromgeroffel, dans en wierook worden de beelden op een roeiboot gezet en midden in de Ganges overboord gegooid. Dit drukbezochte ritueel duurt meerdere dagen en gaat tot laat in de nacht door.
Sterven in Varanasi
In India is Varanasi de meest gewilde plaats om te sterven. Het verbrandingsritueel aan de Ganges maakt het mogelijk om je leven zonder zonden af te sluiten. Lichamen worden door mannelijke familieleden op auto's of in Riksja's naar het verbrandingsgath gebracht. 360 Kilogram hout wordt zorgvuldig afgewogen voor de lijkverbranding. Het lichaam, gewikkeld in een kleurige doek, wordt eerst gewassen in de Ganges waarna het op de brandstapel wordt gelegd. Nadat over het lichaam benzine is gegoten wordt het afgedekt met nog een laag hout. Een familielid, voor de gelegenheid kaalgeschoren, steekt het vuur aan. Dit alles gebeurd in het openbaar.
Het verbranden duurt ongeveer drie uur en de familie drinkt ondertussen wat thee of legt een kaartje. Er wordt geen traan gelaten, want dat zou de overledene op weg naar het hiernamaals verdrietig maken (vandaar dat de meer emotionele vrouwen niet bij de verbranding aanwezig mogen zijn). Na de verbranding gaat het as met de overgebleven botten de Ganges in.
Niet elk lichaam wordt verbrand. Wanneer een persoon al zuiver is, is de verbranding overbodig en wordt het lichaam aan een grote steen gebonden en in de Ganges te water gelaten. Het gaat hier om
de volgende personen: Zwangere vrouwen, kinderen onder 8 jaar, Sadu's, lepra- en pokkenpatienten.
Als iemand sterft door een slangebeet laten ze het lichaam gewikkeld in een doek op een bamboevlot de Ganges afdrijven. Ze geloven dat de persoon door de geneeskrachtige werking van het Gangeswater weer tot leven kan komen. Het naamkaartje om de nek van de persoon helpt hem dan de weg naar huis te vinden.
De rituele verbranding van lichamen, een drijvend lijk op een bamboe vlot en voorbijdrijvende, stinkende koeienkadavers zijn beelden die we niet snel zullen vergeten. En dan te bedenken dat de "laundry service" van het guest house in deze rivier onze kleren gewassen heeft!
|